Wetsuits en testdagen

De bordjes met “wak” zijn net weggehaald en we gaan volgens de weersvoorspelling weer een week van winterweer in. Toch komt de start van het seizoen steeds dichter bij. We moeten óf een geweldig lekker voorjaar gaan krijgen, óf we zullen de wetsuits hard nodig gaan hebben bij de eerste wedstrijden.

Een wetsuit is na de fiets misschien wel de duurste aanschaf die een triatleet moet doen en iets wat je met de grootst mogelijke zorgvuldigheid moet proberen te doen. Er zijn inmiddels veel verschillende merken die allemaal hun eigen kenmerken hebben, zoals dikte van het neopreen, het soort neopreen, waar wordt welke dikte gebruikt, etc. De slogans zoals catch-panels, core-powersystem, bio-stretch, x-flex enzovoorts vliegen je om de oren. Meer dan genoeg kreten en details om compleet de weg kwijt te raken wat nou geschikt zou zijn voor jou.

De meeste merken gebruiken neopreen van Yamamoto. Deze fabrikant levert verschillende diktes en van verschillende elasticiteit. Hoe hoger het nummer, hoe soepeler de neopreensoort. De meest gebruikte soorten zijn de nummers 38/39/40/44 en inmiddels 45. Maar dan ben je er nog niet. Aan de achterzijde van het neopreen zit een zogenaamde ‘lining’ die ook voor een deel verantwoordelijk is voor de rekbaarheid en duurzaamheid van het neopreen. Een two-way stretch is minder flexibel dan een four-way stretch, maar ook goedkoper. Zo zie je dat bij de meeste wetsuitmerken geldt: hoe duurder het wetsuit, hoe soepeler het is en uit hoe meer panelen het gemaakt is waarbij de duurdere, soepelere soorten rond de schouders zitten. Alle merken mogen daarom graag schermen met het feit dat ze Yamamoto 39, 40, 44 en soms zelfs 45 gebruiken.
Wat vaak niet duidelijk is, is de exacte hoeveelheid van welk materiaal waar wordt gebruikt. Er zijn goedkopere merken (maar soms ook duurdere) die beweren nummer 40 neopreen te gebruiken en dat hun pak daarom zeer soepel is. Dat dit in de praktijk soms kan tegenvallen komt dan bijvoorbeeld omdat er slechts een klein deel van deze neopreensoort in het pak verwerkt zit en de rest uit de minder soepele, maar goedkopere soort neopreen bestaat. Of dat er een minder goede lining is gebruikt. Er zijn helaas geen regels voor die duidelijkheid zouden kunnen scheppen.

Los van de materialen heb je natuurlijk de verschillende pasvormen die een fabrikant er op na houdt. Alle merken hebben een maattabel waarbij elke maat een lengte/gewicht verhouding overlapt.

Voorbeeld: AquaSphere Phantom in maat men’s ML: 75-90 kg en van 178 – 190 cm.

Ik ben zelf 183 cm bij 74 kg. Qua gewicht aan de onderzijde van de maatschaal en in lengte redelijk in het midden. Dit is voor mij een geweldig wetsuit dat zeker door het speciale Core-Powersystem (een extra band in het wetsuit die de lage rug stabiliseert en tevens op die plek daardoor dus minder ruimte voor waterophoping biedt) het beste wetsuit is wat ik ooit heb aangehad. Maar het zit ook echt meteen zo strak dat ik graag zou willen zien hoe ze bij AquaSphere iemand van 190 cm en 85 kg in dezelfde maat gaan proppen. De man die daar met dat postuur ingepropt wordt kan direct door naar het Wiener Sangerknaben koor. Kortom, die maattabellen zijn slechts een simpele leidraad. Iemand kan 183 cm zijn en 80 kg wegen, maar breed geschouderd en slank in de taille of juist smal geschouderd, maar een goede buik hebben. Dat betekent toch echt voor beide personen een andere maat en in de meeste gevallen zelfs gewoon een ander merk terwijl ze volgens de tabel in dezelfde maat zouden moeten passen.

En de afstand die je zwemt in training en wedstrijd speelt ook een duidelijke rol in de keuze van je wetsuit. Iemand die alleen deelneemt aan sprint- of kwart -triathonafstanden traint vaak minder lang in een wetsuit dan iemand die traint voor de IM afstand. En in ieder geval is hij in de wedstrijd een stuk minder lang actief. Dus voor iemand die aan IM afstanden deelneemt kan de souplesse rondom de schouders een belangrijkere rol spelen dan voor iemand die nooit langer dan 20 minuten over zijn wedstrijdafstand doet.

Zijn we er dan? Nee, want nu is het zo dat meeste triatleten geboren worden met een pull-buoy tussen hun benen en letterlijk compleet van slag raken als ze zonder dat ding moeten zwemmen. Dan hebben ze spontaan last van het ‘sinking legs’ syndroom. De meeste wetsuits worden daarom toch geleverd met relatief dik materiaal en veel drijfvermogen in de benen zodat de pull-buoy virtueel aanwezig is en de horizontale houding een beetje gehandhaafd blijft. Maar niet iedereen kan deze hoeveelheid drijfvermogen in de benen waarderen. Daarom adverteert Huub wetsuits bijvoorbeeld met een wetsuit waarin het drijfvermogen zogenaamd 3:3, 3:5 of 4:4 is. Met andere woorden 4:4 staat volgens Huub voor
4 mm dikte op de torso èn de benen, en bijvoorbeeld de 3:5 voor 3 mm dikte aan de bovenzijde en
5 mm dikte op de benen. Volgens Huub is het 4:4 voor de betere zwemmer die van zichzelf al een betere horizontale ligging in het water heeft.

Begrijp het niet verkeerd want Huub maakt uitstekende wetsuits, maar het is voor een groot deel marketing. Waar overigens niets mis mee is, maar waar alle merken aan voorbij lijken te gaan is dat het pak wel opgebouwd kan zijn uit een gelijke verdeling, maar dat deze verdeling niet meer zo hoeft te zijn als er een bepaald type lichaamsbouw in zit. Iemand met zwaardere beenspieren kan juist een betere ligging hebben met de 3:5 en dan met wetsuit een goede horizontale ligging hebben terwijl hij zonder wetsuit aan toch een zeer goede zwemmer kan zijn. De Aquasphere Phantom die ik nu heb heeft
5 mm benen, maar ik heb tig wetsuits gehad met
5 mm benen die ik teveel drijfvermogen in mijn benen vond geven. Volgens AquaSphere bestaat het pak uit Yamamoto 39 neopreen, maar is het soepeler dan andere pakken die ik heb gedragen van Yamamoto 40 neopreen. Dat betekent in het geheel niet dat ik nu beweer dat het AquaSphere pak nu beter is dan een wetsuit van Huub of van welk ander merk dan ook. Waar het om gaat, is dat je een wetsuit in de meest ideale situatie zou moeten aanschaffen op een wetsuit-testdag en dan nog het liefst daar waar er genoeg merken en modellen te testen zijn. Je koopt je hardloopschoenen toch ook niet zonder te passen en in een winkel waar ze je maar één merk kunnen aanbieden?

Ook dit jaar worden er een aantal in Nederland gehouden. Op die manier weet je wat je koopt en voldoet je wetsuit na aanschaf aan je verwachtingspatroon. De
3 meest uitgebreide testdagen zetten we hieronder voor je op een rijtje in volgorde van grootste merken aanbod.

7 April: Tri-Run, Hilversum voor meer informatie tri-run.com

Aanwezige merken: 2XU – AquaSphere – Orca – Sailfish – Zone3 – Zoot

———-


6 April:
StepOne, Markelo voor meer informatie stepone.to

Aanwezige merken: Huub – Orca – Sailfish – Zoot

———

14 April: Omniasport, Almere voor meer informatie omniasport.nl

Aanwezige merken: Tyr – ZeroD – Zone3 (niet aanwezig, zoals eerder op deze site in de advertorial stond vermeld, Sailfish en Zoot)

De komende weken gaan we verschillende nieuwe pakken testen en de bevindingen op de site plaatsen. Happy testing!