De juiste cranklengte!?

Vrijwel elke fietser kent dat gevoel wanneer je een wat zwaarder verzet draait dat je bovenaan de pedaalomwenteling -de cranks verticaal-het extra moeite kost om de pedalen over het ‘dode’ moment heen te trappen. Wanneer je aerobars/stuur dus te laag staat gaat dat ten koste van power. Wanneer zit je te diep? Een redelijk makkelijk test om zelf uit te voeren gaat als volgt. Fiets een 30 min. rustig in en doe dit niet in je aerodynamische positie. Dus niet liggend op je ligstuur, maar gewoon handjes op de grepen waar oom de remmen zitten. Schakel na 30 min. infietsen naar een verzet wat je in deze positie nog net soepel kunt ronddraaien zonder dat je ‘vierkant’ moet gaan trappen. Hou dit een min. of 5 vol en ga dan met dit verzet op je ligstuur liggen. Als je voelt dat je deze versnelling niet met dezelfde souplesse kunt ronddraaien dan lig je dus op die fiets met die eigenschappen te diep. Hoe komt het dat je in de ene positie het verzet wel nog net soepel kunt ronddraaien en in de andere, aero-positie- niet meer? Heel simpel gezegd komt de knie dan te dicht naar de romp. Met andere woorden de ‘gesloten heup hoek’ wordt zo klein dat het tegen je eigen lichaam gaat werken. De ‘gesloten heup hoek’ is de hoek tussen je romp en het bovenbeen. Wanneer deze minder is dan 42 -43 graden dan is dit te gesloten voor de meeste atleten.

Wat heeft het bovenstaande nu te maken met de cranklengte en de aero positie? Laten we voor het gemak van dit voorbeeld er van uit gaan dat de virtule voorbeeld fiets 175 mm cranks heeft en de fietser in de aerodynamische positie een ‘gesloten heuphoek’ heeft van 45 graden waarmee hij/zij op de ondergrens zit van wat goed is. Wanneer je de cranks zou omzetten naar 170 mm gebeurd er het volgende.

Omdat je cranks een halve cm. korter zijn moet het zadel een halve cm. omhoog om dezelfde positie te houden in de benen, maar wanneer je de crank precies verticaal zet, dus helemaal bovenaan, dan ben je eigenlijk ten opzichte van de oude crank een hele cm. gezakt. Namelijk de halve cm. van de crank (175 – 170) plus de halve cm. dat het zadel omhoog is gegaan en dus komt je knie een cm. minder dicht naar je romp. Dat lijkt in eerste instantie niet zoveel, maar het scheelt in de positie gemeten in graden ongeveer
2 graden verschil en dat is gevoel technisch een enorm verschil. Het is met deze aanpassing veel makkelijker om een X verzet rond te trappen dan met de langere cranks. En veel belangrijker het wordt veel makkelijker om een hogere trapfrequentie vol te houden bij een gelijkblijvend verzet.

Dat laatste, zo wijzen de laatste onderzoeken uit, is in triathlon van groot belang om tijdens het looponderdeel een hogere pasfrequentie vol te houden. Er zijn verschillende testen die uitwijzen dat triatleten die met langere cranks rijden meer moeite hebben met hun optimale aerodynamische positie, maar met name in het looponderdeel moeite hebben om de hogere pasfrequentie vast te houden.

Door verschillende meet instuten op het gebied van BikeFitting voor triatleten -Retul, Slowtwitch, John Cobb- worden daarom ook de volgende cranklengtes geadviseerd. Fietsen onder de 50 cm cranks van maximaal 165 mm, 52 t/m 54 170 mm, 56 t/m 60 172,5 mm en framematen groter dan 60 175 mm. Helaas is het voor veel merken teveel gevraagd om dergelijke cranks te monteren omdat veel merken bulk onderdelen bij Shimano of andere merken onderdelen kopen en het gebeurd dan helaas ook nog veel dat er fietsen zijn waarbij over de hele maatserie er overal 172,5 mm cranks worden geleverd en ben je dus als consument veroordeeld tot het kopen van after market cranks.